Tips om verwondering, uitdaging, nieuwsgierigheid en de plakfactor toe te voegen aan een e-learning
“Hoe maken we gebruikers van onze e-learning module nieuwsgierig? En hoe zorgen we ervoor dat zij zich blijven verwonderen? We willen ook dat de inhoud hen uitdaging biedt en goed blijft hangen.” Dat was kort gezegd de vraag die we enkele maanden geleden van een klant kregen. In een ontwerpsessie ontwikkelden we allerhande manieren om de online leermodules te verbeteren. In deze blog delen we de ideeën zodat ook jij daar je voordeel mee kunt doen.
‘Het hart’ raken
Op de een of andere manier hebben we vaak de neiging om, ook bij e-learning, een omgeving te maken die sterk een beroep doet op de cognitie van de gebruiker. Anders gezegd: veel e-learningmodules richten zich met name op inhoud. Terwijl de bedoeling juist is dat zo’n module mensen helpt hun werk beter te gaan doen. Om dat voor elkaar te krijgen moet je niet alleen ‘het hoofd’ prikkelen met inhoud. Je moet ook ‘het hart’ raken. Hoe je dat doet? Vier tips om eens uit te proberen.
1. Prikkel de nieuwsgierigheid
Leren begint bij nieuwsgierigheid. Nieuwsgierigheid bereik je onder andere door mensen mee te nemen in een verhaal. Een spanningsboog met cliffhangers, flashbacks en –forwards. Het is belangrijk niet alles meteen weg te geven. Als je alles al weet, waar zou je dan nieuwsgierig naar moeten zijn? Concreet kun je denken aan:
- Een teaser-tekst of -vragen toevoegen aan de beginpagina van de module. Soms zie je e-learnings die beginnen met enkel de knop ‘start’. Je weet dan niet waar je aan begint of in welk verhaal je stapt.
- Je kunt beginnen met een cliffhanger. Bijvoorbeeld: “Dit is mevrouw Everdijn, zij leeft tussen de muizen en volle vuilniszakken…” in een module voor thuiszorgmedewerkers.
- Of start met een prikkelende vraag: “Hoe ruikt jouw vuilniszak als je je neus erin zou steken?”.
2. Creëer verwondering en magie
Wanneer ontstaat verwondering? Bijvoorbeeld op het moment dat je je opeens onderdeel voelt van iets groters. Dit wordt ook wel een ‘esthetische ervaring’ genoemd. In films als The Game en Hitch zie je dit succesvol terugkomen. In een online module kun je verwondering vormgeven door meerdere communicatiekanalen met elkaar te verbinden. Concrete suggesties:
- Een paar uur na het afronden van de leerinterventie komt de gebruiker de de zoon van Everdijn (die centraal staat in de module) in levende lijve tegen. Dit is een acteur die weet welke antwoorden de gebruiker heeft gegeven. Op deze manier verbind je de echte wereld met die in de online module.
- Een dag nadat de gebruiker de leerinterventie over thuiszorg en schoonmaken heeft afgerond ontvangt hij een SMS met daarin een bedankje van mevrouw Everdijn. Dit kan ook een ansichtkaart zijn van een van de personages.
- Er hangt ineens een foto van mevrouw Everdijn bij de receptie van je kantoor.
3. Geef uitdagende opdrachten
Uitdaging is heel belangrijk in leren. Het gaat er om dat je een volgende stap kunt zetten telkens in je 'zone van naaste ontwikkeling’. Spannende vragen of opdrachten kunnen hierbij helpen. Bij uitdaging is aanmoediging belangrijk. Het helpt als je door ‘iemand’ wordt aangemoedigd. En dan niet zozeer op de resultaten die je behaalt, maar vooral op de inspanning die je verricht om de uitdaging aan te gaan. Concrete suggesties? We geven er drie:
- Introduceer een soort tourguide die je door de opdrachten heen loodst. Hij moedigt aan en geeft positieve feedback als je opdrachten beantwoordt en uitdagingen aangaat.
- Je vraagt de gebruiker al vrij snel in het begin van de module een foto te uploaden. Aan de thuiszorgmedewerker die de module schoonmaken volgt, zou je bijvoorbeeld kunnen vragen een foto te maken van de eigen vuilnisbak thuis. Die moeten ze uploaden. Als ‘beloning’ zien ze hun vuilniszak staan naast de foto’s van andere gebruikers.
- Zorg naast cognitieve opdrachten ook voor praktijkopdrachten. Vraag de gebruiker iets te gaan doen en vraag hen om een foto te uploaden van de actie of het resultaat. Na het uploaden krijg je weer een aanmoedigende reactie van de tourguide.
4. Zorg ervoor dat het geleerde blijft ‘plakken’
Als iets blijft hangen, dan blijft het in je hoofd zitten. Je blijft het je herinneren. Bijvoorbeeld door een bepaalde vraag of statement. Daarbij kun je ervanuit gaan dat vragen mensen vaak verleiden tot concrete acties en daarmee meer sticky zijn dan statements. Dan Heath heeft hierover geschreven. En daarnaast geldt: Make time to rhyme. Onderzoek heeft aangetoond dat alles wat rijmt beter blijft hangen. Bekijk de presentatie van Daniel Pink op SXSW 2015.
Tenslotte geldt dat iets beter blijft plakken als je verschillende zintuigen moet inzetten. Achter een computer is het misschien lastig iets met geur en smaak te doen, moet je zoeken naar andere wegen. Bijvoorbeeld muziek. Neem bijvoorbeeld het muziekje Carnaval Festival uit de Efteling. Als je dat hoort 1) blijft het in je hoofd zitten; 2) moet je terugdenken aan een bezoek aan de Efteling. Dat is het effect dat je wilt bereiken. Hoe doe je dat concreet?
- Make time to rhyme door na te denken over rijmende oneliners die gebruikers makkelijk mee kunnen nemen: ‘pak die zak’, ‘Werk gedaan, maar vuil laten staan? Dan stank voor dank…’
- Maak een soort ‘jingle’ die lekker klinkt, rijmt of herkenbare stemmen bevat en laat die in de module terugkomen. Wij hebben zelf gewerkt met jingle-makers in Hilversum die dit goed kunnen. De reclame van Sandwichspread uit de jaren ’80 is ook een mooi voorbeeld van een liedje dat plakken blijft.
- Werk met een terugkerend liedje, dat je hoort op verschillende manieren. Het origineel is ingezongen door een koortje in de studio. Vervolgens belt de gebruiker in om het af te maken. Denk aan het item “Begin de dag met een dansje…” bij Giel Beelen dat elke keer door iemand anders gezongen wordt.